Leven is bewegen
In een organisatie als Topfit Fysiotherapie is het bijna onmogelijk om niet aan positieve gezondheid te doen. Martijn vertelt dat de organisatie zelf werkt met de leefstijlwijzer waaronder net iets andere pijlers vallen. Zo spelen de factoren voeding, beweging, zingeving, slaap, ontspanning en sociaal een enorme rol binnen het bedrijf. Alle factoren zetten ze op creatieve manieren in om hun slogan ‘Leven is bewegen’ na te streven. Eén van die manieren is de leefstijlmarkt die in Lelystad was georganiseerd. Hier kwamen zo’n 600 bezoekers naartoe. Huisartsen, apotheken, thuiszorgmedewerkers en de gemeente Lelystad gaven daar informatie over gezond zijn en gezond blijven. Ook gaat Topfit Fysiotherapie elke twee weken langs bij Stichting IntermeZZo in Zwolle om massages te geven aan kankerpatiënten en hun naasten. Tijdens deze ochtenden laten de therapeuten fysio in de breedste zin van het woord zien. De massages draaien om welzijn, maar de allerbelangrijkste reden is om iets geven aan juist die mensen.
Deze ideeën komen vaak vanuit het team van Topfit Fysiotherapie zelf. Vanuit de organisatie wordt het toegejuicht als medewerkers met nieuwe concepten komen. “We houden heel erg van collega’s die daaraan meedoen. Met je poten in de samenleving.”, zegt Martijn. Als er dan ook iets is waar Martijn positief over is, dan zijn het wel zijn collega’s. “Dan kijk ik naar onze collega’s en dan zie ik bij 90% die bezieling dat ze allemaal voor dit vak hebben gekozen, om dezelfde redenen die ik heb.” Martijn legt uit dat er best wat uitdagingen zijn. Topfit Fysiotherapie is een bedrijf waar je veel kansen krijgt en kunt kiezen uit verschillende specialiteiten, toch hebben ze moeite met het vullen van vacatures. “Er is veel vraag naar fysiotherapeuten, omdat er veel vraag naar fysio is.” Daarnaast geeft Martijn aan dat ze in conclaaf zijn met de verzekeraars over de lage vergoeding voor fysiotherapie. “De zorg wordt steeds duurder, maar mijn hoop ligt bij onze collega’s. Als ik naar mijn collega’s kijk, dan denk ik, het komt wel goed.”